Afbeelding

Gymtas vergeten

· leestijd 1 minuut Bij de les

Ik sta in de pauze in de aula met een collega. We hebben pauze-surveillance.

“Goedendag, mag ik wat vragen?”. Een vriendelijke man staat opeens naast me.

“Mijn zoon zit in de brugklas en hij is zijn gymtas vergeten, dus die kom ik brengen.” Ik moet inwendig lachen.

“Hoe heet uw zoon en in welke klas zit hij?”, vraag ik. Hij noemt zijn naam maar weet de klas niet: “Geen idee. De brugklas.” Ik krijg een knipoog van mijn collega en ze loopt weg.

“We hebben heel veel brugklassen”, leg ik hem uit; “weet u de naam van zijn mentor?” Hij schudt zijn hoofd weer. “Ik app mijn vrouw wel.”

Een rooster kan ik zo op mijn telefoon opzoeken. Maar voor een naam moet ik inloggen. Dat is meer gedoe.

“Ah, mijn vrouw appt, zij weet het wel.” Hij noemt de klas en ik neem de gymtas van hem over. “Kan ik gebruik maken van het toilet?”, vraagt hij. Ik knik. Hij bedankt en loopt weg.

Intussen komt mijn collega er weer aan. Ze heeft een kop thee voor me en briest: “daar snap ik dus helemaal niks van hè, van die vaders die op een basisschool al nooit weten hoe de naam van de juf van hun kind is. Die juf ziet dat kind meer uren per week dan die vader. Kleine moeite toch om zo’n naam te onthouden. Lekker belangstellend. Waarom weet deze man niet in welke klas zijn kind zit? Hoezo weet moeder dat wel? Hij had toch kunnen bedenken dat een klas of mentornaam wel handig zou zijn als je hier staat met dat lullige gymtasje.”

Ik vergoelijk nog dat het lief is dat hij die tas komt brengen, als we de tasjes-vader, die blijkbaar klaar is met plassen, wat bedremmeld achter ons ontwaren en daar al even staat: “Ik kwam nog zeggen ‘doe de groeten aan mijn zoon’".

Mijn collega zegt meteen: “Vervelend dat u dit hoorde. Excuus. Mijn jarenlange frustratie kwam er uit. We steken zo veel aandacht in leerlingen, veel meer dan ons wekelijkse mentoruurtje, en dat zijn ze waard! Maar dan vragen ouders op een tienminutengesprek hoe ik heet. Dat voelt zó rot.”

Ze grist het tasje uit mijn handen. “Ik breng die tas wel even en zal ‘m de groeten doen.”

“Ik vergeet zijn klas nooit meer”, zegt vader met een glimlach; “beloofd.”