Afbeelding
Eigen foto

Aan het lijntje

· leestijd 1 minuut Bij de les

Bam, daar ligt ze. Met een smak valt ze op de grond. Zo’n 100 meter voor me op het fietspad in het park van de Polderwijk. 

Een vrouw die vanaf de andere kant fietst, stopt. “Dat krijg je er nou van,” roept ze met stemverheffing tegen een dame met hond. “Jij met die kuthond.”

De dame met hond liep namelijk op het fietspad. Met zo’n uitrekbare lijn waar je als hond wel 20 meter van je baas af kunt gaan lopen. En dat deed deze hond dus net toen het meisje op de fiets passeerde, en zo klapte ze over de lijn.

“Hoezo kuthond?”, blèrt de hond-dame terug, “zij fietst toch zeker veel te hard op die elektrische fiets!”

Ik buig me over het meisje heen. Ik herken haar, ze zit bij ons op school. Ze is op haar hoofd gevallen en heeft bloed op haar voorhoofd en handen. 

“Kijk, dat gebeurt nou met die fietsen, dan maak je harde klappen”, tiert de hond-dame. “Je kunt hier niet eens fatsoenlijk je hond uitlaten.” Maar de fiets-dame tiert terug dat het belachelijk is dat ze op een fietspad loopt, terwijl het voetpad vijf meter verderop is. 

Ik ben het zat. Ik sta op en loop naar de dames toe en tier nog harder dan zij doen dat ze hun mond moeten houden; “ze lijken wel twee viswijven!”

Opeens is het stil. Ze kijken me boos aan.

Ik krijg bijval van een meneer. “Viswijven?”, mompelt hij, “twee kleine kleuters!” En dan sjort hij de fiets omhoog. Die is kapot. 

Hij draait zich naar de hond-dame om en zegt: “En nu gaat u netjes uw excuus maken aan dit meisje, want door u ligt ze op de grond.” De vrouw wil tegensputteren, maar de man kijkt haar zo doordringend aan dat ze het niet eens probeert. Hij gaat verder: “En aan u hebben we niets.” Hij kijkt de fiets-dame aan: “dus fietst u maar snel door.” 

Ik hou van dit soort mannen. Doortastend en lekker streng. 

Nu dat arme kind nog. Ze huilt. Ik kijk in magister en bel haar ouders. Ze wonen vlakbij en vader komt er aan.

De hond-dame probeert ‘t nog één keer: “ik blijf er bij dat als ze op een gewone fiets had gefietst, dat dit nooit was gebeurt.”

Ze krijgt het “sorry, ik zat fout” niet uit haar mond. 

En de hond? Zelfs die zat zijn baasje meelijwekkend aan te kijken.