Afbeelding
Flevolandse patientenfederatie

Flevolandse Patiëntenfederatie wil Positieve Gezondheid als hoeksteen voor college-akkoorden

· leestijd 1 minuut Zorg en Welzijn

FLEVOLAND - Nu de gemeenteraadsverkiezingen achter de rug zijn, start de moeilijke fase van onderhandelingen voor een college-akkoord. De Flevolandse Patiëntenfederatie dringt in een brief aan alle gemeenteraden van Flevoland erop aan om van Positieve Gezondheid een hoeksteen te maken voor de nieuwe raadsperiode.

Afgelopen twee jaar stonden in het teken van corona-crisis. “We hebben ons er met moeite doorheen geslagen, maar nu is het tijd een aantal lessen te trekken voor het beleid van gemeenten”, vindt de Flevolandse Patiëntenfederatie (FPF). “Dat geldt bijvoorbeeld voor de aandacht voor preventie, personeelstekorten in de zorg en voor aandacht voor het sociale en mentale welbevinden van alle inwoners van Flevoland.” In een brief aan de gemeenteraden van Flevoland dringt de FPF erop aan, dat Positieve Gezondheid de hoeksteen wordt van het gezondheidsbeleid van de nieuwe college-akkoorden.

Wat is positieve gezondheid?
Martine Visser, voorzitter van de FPF licht toe wat er volgens haar moet gebeuren: “We moeten naar een nieuwe manier van kijken naar gezondheid. Van oudsher zijn we in de gezondheidszorg heel erg gericht op het genezen van ziekte. In de gezondheidszorg gaat daar de meeste tijd en geld naartoe. Sinds een jaar of tien is een ander begrip in opkomst: Positieve Gezondheid. Dan kijk je veel meer naar hoe mensen zelf hun welbevinden ervaren en je kijkt ook hoe je ziekte en achteruitgang kunt voorkomen. Immers ook als je geen ziekte hebt, kun je je enorm slecht voelen door stress, schulden of eenzaamheid. Dat maakt mensen soms echt ziek. Focus op de gezondheid zoals mensen hem ervaren leidt tot heel ander beleid, dan focus op ziekte.”

In Flevoland komt een steeds grotere groep mensen in een levensfase terecht waarin ziekte en fysieke ongemakken onderdeel van het leven is. “Vroeger ging je sneller naar een verzorgings- of verpleeghuis waar je heel veel uit handen werd genomen, maar nu blijven mensen thuis wonen. Dan maakt het heel veel uit of activiteiten en voorzieningen in de buurt goed zijn. En het is belangrijk dat de huisarts, de wijkverpleegkundige, het ziekenhuis en het welzijnswerk met elkaar samenwerken”, aldus Martine Visser. “En dat is niet vanzelfsprekend, omdat al die dingen vanuit een ander budget betaald worden. Alles is verkokerd en dat is een ramp, waarmee we niet zijn voorbereid op de toekomst,” 

Op de vraag wat gemeenten dan anders kunnen doen, is het antwoord van Visser: “Heel veel. Je moet het netwerk ondersteunen, dat mensen helpt om ziekte te voorkomen, maar ook om er beter mee om te gaan. Concreet kan de gemeente zorgen, dat er meer aandacht is voor preventie en welbevinden van bewoners bij ieder beleidsterrein. Als de gemeente zorg inkoopt, moet ze eisen stellen aan de samenwerking met andere partijen. Ook kan de gemeente het tekort aan huisartsen en wijkverpleegkundigen kleiner maken bijvoorbeeld door te helpen bij het opzetten van gezondheidscentra. In de Noordoostpolder zien we nu dat mensen geen huisarts kunnen vinden maar dat speelt ook in andere gemeenten. Maar ook bij bestemmingsplannen en het opstellen van de woonvisie is het belangrijk om het positief gezondheidsmodel daarin mee te nemen. De gemeentes moeten dus dringend in actie komen.“