Afbeelding
Foto: Zeewolde Actueel

MRI

· leestijd 1 minuut Bij de les

“Goedemiddag. Komt u binnen. U kunt zich hier uitkleden. Daar hangt een jasje, dat kunt u aandoen. Oorbellen en ringen graag af. Ik kom u zo halen.” Nog een vriendelijk knikje en dan ben ik alleen. 

‘k Heb al vaak in zo’n hokje gestaan. Voor een scan of een MRI. Fijn dat zoiets bestaat. 

De deur gaat open. “Loopt u maar mee. U kunt hier gaan liggen. Infuus in uw rechterarm zeker?” Ik knik. Er zijn al zoveel naalden in die arm gegaan afgelopen jaar; deze zit er ook zo in. “Draait u zich maar op uw buik.” Oordopjes in en koptelefoon op tegen de herrie. Langzaam schuif ik het apparaat in. Mijn eerste controle.

Omdat ik op m’n buik lig, met m’n hoofd in een steuntje, kan ik alleen maar recht naar beneden kijken. Naar een witte bak. Saai. Op de koptelefoon staat de radio, maar door de herrie van het apparaat is de radio niet te horen. Dus alle tijd om te denken. 

Aan al die mensen die hier ook gelegen hebben. Zoveel Zeewoldenaren ook. Voor rug, nieren, hoofd. Voor afgescheurde pezen, rugletsel, artrose. Tumoren in kaak, darmen, borsten.

Soms makkelijk te behandelen. Soms met een onomkeerbare diagnose.

Het ritmische gebonk van het apparaat zorgt er wel voor dat je niet in slaap valt. Dus denk ik nog even verder.

Aan een jaar geleden toen ik hier ook lag. Aan de angst die ik voelde. En aan de hoop die ik had, dat het wel mee zou vallen. Ik denk aan de arts die ons vertelde dat het niet goed was. Hoe vaak zou ze zo’n slecht-nieuws gesprek per week moeten brengen? Zou daar ooit routine in komen? Of blijft het haar raken?

De minuten tikken weg en ik voel de vloeistof van het infuus naar binnen lopen. Ik zou nu graag even mee willen kijken naar mezelf om met de radioloog te constateren: “Kijk, hier zien we uw borsten. Het ziet er goed uit. Niks bijzonders meer te zien.” Maar ik zie alleen mijn witte bak en hoor gebonk. Zes dagen tussen de MRI en de uitslag. 

Vertrouwen. Morgen zitten manlief en ik weer in diezelfde wachtkamer. Met toch een knoop in m’n buik. Want het enige dat ik horen wil: “het ziet er prima uit, tot over een half jaar.”

Dat is pas echt “gelukkig nieuwjaar”.