Afbeelding
Zeewolde Actueel

Raadsfracties sommen plussen en minnen op van datacenter

(door Mannes Schoppink)

ZEEWOLDE - Zeewolde krijgt mogelijk het grootste datacenter van Nederland op bedrijventerrein Trekkersveld. Wat vindt de plaatselijke politiek hiervan? Een rondje langs de fracties.

Volop kansen

“Samen met provincie en Rijk zien we het datacenter als een unieke kans om de Flevolandse economie te diversifiëren en om de digitale en duurzame transities te versnellen”, aldus Bouwe van der Weide (CDA). “Dit biedt volop kansen op hoogwaardige banen voor de toekomst. Verder zijn er in de vele jaren durende bouwfase honderden werknemers van bouwbedrijven non-stop aan het werk.”
“Er is volop ruimte, de eigendomssituatie is overzichtelijk en we hebben een gemeentebestuur met ambitie”, vult Angela Huckriede (VVD) aan.


De fractie van PvdA/GroenLinks vindt het belangrijk te weten wat de capaciteit wordt van de stroomvoorziening en ook waar de stroom vandaan komt. “Dit mede gezien de opgedane ervaringen uit de Wieringermeer en Groningen”, aldus fractievoorzitter Yvonne van Bruggen. Dat datacenters ‘onze’ groene stroom opslokken, noemt Van Bruggen ‘een onzinverhaal en stemmingmakerij’. “Feitelijk is het dat alle stroom die opgewekt wordt, dus ook die stroom van de windmolens en zonnepanelen van Flevoland rechtstreeks geleverd worden aan het Net. Er bestaan geen rechtstreekse verbindingen vanaf de lokale molens. Datacenters kopen hun stroom in van het net. Het is een kwestie van vraag en aanbod. Het datacenter koopt dus, net als andere bedrijven, certificaten van duurzame energie in.”

Leefbaar Zeewolde berekende onlangs dat er 138 windmolens of 1242 ha aan zonnepanelen nodig zouden zijn voor de energiebehoefte van het datacenter. “Dergelijke ingrepen leiden onherroepelijk tot landschappelijke schade aan ons mooie dorp”, concludeert fractievoorzitter Ben Sonneveld. “Als dit betekent dat er een wildgroei aan windmolens en zonnevelden ontstaat, zal Zeewolde meer last dan voordeel hebben van het datacenter.”
Sonneveld zit er in ieder geval niet op te wachten dat de provincie windmolens in het Wolderwijd of op de dijken langs de randmeren plaatst. “Dan zouden wij de tol moeten betalen voor het provinciale streven naar energieneutraliteit.”

Stroomverbruiker

Ook D66 ziet het energieverbruik als grote minpunt. “Maar of het datacenter hier staat of elders in het land, de energie wordt hoe dan ook gebruikt en wij gebruiken met elkaar nu eenmaal veel data en dit neemt zeker niet af. Dan moeten we ook niet weglopen voor de consequenties”, stelt Wenda Westerhuis (D66). “Het wegnemen van landbouwgrond en het kweken van landschapsvervuiling zien wij anders.
Een groot stuk van die grond heeft altijd al behoort tot de mogelijkheden om gebruikt te worden als industrieterrein, doordat het geoormerkt is als strategische gronden. Over de vormen van logistieke hallen is ook nog nooit wat gevraagd en benoemd. In dit plan zien wij juist aandacht voor landschapsinpassing, wat bij andere stukken industrieterrein niet het geval is.”


De ChristenUnie ziet voorlopig nog weinig ‘plussen’. “Er zijn extra inkomsten van eenmalige leges en ozb, veel verder komen wij niet”, schudt Erik van de Beld zijn hoofd. Volgens de CU-woordvoerder zijn er ‘veel meer minpunten’. “Er wordt onwaarschijnlijk veel groene stroom gebruikt, die juist door inspanning van ons dorp is gerealiseerd om aan de energietransitie invulling te geven. Ook zal het draagvlak voor de energietransitie afnemen. En natuurlijk baart het lozen van het proceswater in de Hogevaart en het Wolderwijd ons zorgen. Het is nog allerminst duidelijk wat de gevolgen daarvan zijn voor flora en fauna.”

De meeste fracties houden nog een slag om de arm. “Je kunt de grond maar één keer een invulling geven”, meent Huckriede (VVD). “Het gaat hier over een enorme ontwikkeling waarvan we de schaal en importantie pas echt beseffen als het datacenter er staat.”

Tevens vindt de VVD’ster dat ‘onze’ inwoners en ondernemers moeten meeprofiteren. “Bijvoorbeeld door het maken van afspraken over werkgelegenheid, de belasting van onze wegen en het elektriciteitsnet en het benutten van restwarmte.”