Afbeelding
Zeewolde Actueel

Boswachter André Wels koestert de vele sporen die hij achterlaat

(door Mannes Schoppink)

ZEEWOLDE – Op anderhalf jaar na is André Wels veertig jaar boswachter in Zuidelijk-Flevoland. Op 24 maart bereikt hij de pensioengerechtigde leeftijd van 66 jaar en vier maanden. Wels moet wel even slikken. En misschien Zeewolde ook wel, want wie kende hem nu niet?

Eind 1982 solliciteerde André Wels met zijn bekende enthousiasme met succes naar de functie van boswachter in het Horsterwold nabij het toekomstige dorp Zeewolde. De Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders fungeerde destijds nog als werkgever. “Aanvankelijk ging het alleen maar om beplanting”, weet Wels nog goed. “De laatste aanplant was pas in 1996 en daarna nog een correctie in de Stille Kern in 1998. Later kwam het beheerwerk erbij.”

Wonen in Zeewolde was voor iedereen nieuw, maar Wels zag het wel zitten. “Ik had er mijn oog al op laten vallen”, aldus de boswachter met zijn kenmerkende Gelderse tongval. “Samen met mijn toenmalige vrouw keken we ook rond in Dronten en Biddinghuizen, maar ik liet haar vooral de leuke kanten van Zeewolde zien. Zo was de gezamenlijke keus snel gemaakt en kwamen we aan het Breezand te wonen.”

Grote vrijheid

Wels genoot tijdens zijn lange carrière in de eerste plaats van het mogen werken in de vrije natuur. De vrijheid die hij er had, was hem zeer lief. “In de beginjaren mocht je als boswachter nog uitgaan van je eigen kracht en kennis, zelf beslissen en zelf verantwoordelijkheid nemen. Ik werkte veel samen met Egbert van Wijhe en Jos Rutten. We deden het op onze manier, maar het werkte wel. Dat is anno 2021 toch anders. We moeten doen wat Staatsbosbeheer ons opdraagt. Je kunt nog geen boom omzagen zonder daar verantwoording voor af te leggen.”

De samenleving is in veertig jaar danig veranderd, de kijk op het werk van een boswachter eveneens. Wels knikt. “De maatschappij is veel individualistischer geworden. Mensen zijn ook sneller geïrriteerd. Ze zijn sowieso mondiger geworden. Als ik zie hoe ongenuanceerd er soms uitlatingen worden gedaan op Facebook en Twitter, dan schrik ik daarvan.

In de Oostvaardersplassen zijn er zelfs al collega’s van mij bedreigd. Zo erg is het hier gelukkig niet. Het goede van mensen heeft bij mij altijd de boventoon gevoerd, met het overgrote deel van het publiek is er gelukkig niets mis.”

Boomfeestdag

Een belangrijke onderdeel van Wels' werk waren de Boomfeestdag in maart en het ontvangen van schoolklassen door het jaar heen.
"Kinderen, ik heb het altijd als een zegen ervaren daar mee te mogen werken. Ik vond het zó lekker om hun het gevoel te geven wat ikzelf als kind had gehad."

Lees verder op pagina 3