Defensie geeft voorkeur aan Zeewolde voor bouw ‘superkazerne’
· leestijd 1 minuut AlgemeenZEEWOLDE – Het Ministerie van Defensie gaf in augustus dit jaar aan op het grondgebied van de gemeente Zeewolde te kijken naar vestigingsmogelijkheden voor een nieuw te bouwen kazernecomplex. In een brief aan de Tweede Kamer laat staatssecretaris Christophe van der Maat nu weten dat het gebied nabij de Nijkerkerbrug in de gemeente Zeewolde de voorkeur heeft.
De bouw van de nieuwe kazerne maakt deel uit van het plan om het vastgoed van het ministerie te herzien. Het Ministerie van Defensie wil vastgoed afstoten en nieuwe kazernes bouwen.
Voor de nieuwe kazerne is zo’n 500 hectare grond nodig. Hier moeten meerdere ondersteunende eenheden worden gehuisvest. “Een soort superkazerne”, aldus de staatssecretaris. In Flevoland zijn drie locaties onderzocht en één in Gelderland. De locatie in Zeewolde lijkt nu het meest geschikt.
“Deze locatie voldoet aan de eisen van Defensie, heeft daarnaast de minste verdringingseffecten op de landbouw, en heeft naar verwachting relatief beperkte negatieve effecten op de omgeving”, aldus het ministerie. “Ook heeft Defensie nog geen kazerne in de provincie Flevoland, en beschikt het Rijk daar over grond.”
In een reactie laat gemeente Zeewolde weten samen met de provincie Flevoland verder betrokken te worden in het verkenningsproces om te komen tot een besluit medio 2023. “Het college zal zich inzetten om de belangen van de inwoners zo goed mogelijk te behartigen in de gesprekken met Defensie”, aldus een woordvoerder van de gemeente Zeewolde.
Op de locatie bij de brug bij Nijkerk zijn verschillende (agrarische) ondernemers gevestigd. “Omdat de gevolgen voor de toekomst van deze ondernemers ingrijpend zijn wanneer daadwerkelijk voor deze locatie gekozen wordt, heeft Defensie - samen met de gemeente - vandaag (2 december) de direct betrokken ondernemers op de hoogte gebracht.”
De gemeente benadrukt dat het nog om een keuze uit meerdere locaties (in Flevoland en Gelderland) gaat en dat nadere verkenning en verdere afstemming met provincies en gemeenten moet leiden tot een definitief besluit. “De verwachting is dat medio 2023 het kabinet een besluit neemt over de locatiekeuze. De realisatie van de plannen zal vervolgens nog zeker 10 tot 15 jaar in beslag nemen.”
