Afbeelding
Zeewolde Actueel

Zorgen om vissen in natuurgebied Harderbroek

· leestijd 1 minuut Algemeen

ZEEWOLDE – Wie over de Knardijk langs het natuurgebied Harderbroek rijdt kan momenteel de vissen, waaronder karpers, zichtbaar zien zwemmen; de rug- en staartvinnen steken boven het water uit. Bij de redactie kwamen deze week al een aantal bezorgde reacties binnen. Ook hengelsportvereniging ‘Ons Stekkie’ geeft aan zich zorgen te maken.

De oorzaak is dat het waterpeil door Natuurmonumenten, die het natuurgebied Harderbroek beheert, kunstmatig wordt laag gehouden. “Maar”, laat de natuurorganisatie een reactie weten, “het water gaat inmiddels weer omhoog.”

Volgens Natuurmonumenten is het lage water zo nu en dan nodig om riet goed te kunnen laten groeien en om ervoor te zorgen dat ganzen het jonge riet niet direct wegvreten. “Dit past in een natuurlijke situatie waar in de winter veel water is door grote hoeveelheden neerslag en waar het in de zomer door geringe neerslag en verdamping daalt/zakt/droogvalt.”

Natuurmonumenten zegt in dit gebied te streven naar een moerasgebied voor met name rietvogels en een helder schoon water wat hier bij hoort. “Het is een belangrijk leefgebied voor zeldzame vogels als de roerdomp, zilverreiger, lepelaar en baardmannetje. Maar dit staat de laatste jaren steeds meer onder druk. Het gevolg van de lagere waterstand is inderdaad ook dat de vissen makkelijker zichtbaar zijn.” Volgens Natuurmonumenten zijn er nog vele stukken met diep water waar de vissen naartoe kunnen trekken. “We houden regelmatig in de gaten of dit inderdaad zo is. En eventuele sterfte van een aantal vissen hoort ook bij de natuur. Het is één van de grootste karperpoulaties van Nederland, dus de populatie kan wel tegen een stootje.”

Jan van de Bovenkamp van Hengelsportvereniging ‘Ons Stekkie’ geeft aan rechtstreeks contact te hebben met Natuurmonumenten over de kwestie en zegt de zaak in de gaten te houden. “Bij herhaling zal de vereniging niet schromen Natuurmonumenten aan te klagen voor het strijdig handelen inzake dierenwelzijn.”