Afbeelding
Foto: Zeewolde Actueel

Echtpaar van den Broek – Hecht 60 jaar getrouwd

· leestijd 1 minuut Algemeen

ZEEWOLDE – Donderdag 5 november was het precies 60 jaar geleden dat Pim van den Broek en Ate van den Broek – Hecht in het huwelijksbootje stapten. Hun huwelijk werd voltrokken in het Stadhuis van Amsterdam. Dat lag voor de hand, want hoewel ze op dat moment al een flatje in Amstelveen hadden betrokken bleef de grote stad voor het gevoel de plek waar het allemaal gebeurde: ze ontmoetten elkaar in het bruisende uitgaansleven van het Leidseplein. “The place to be”, volgens Ate, “toen al, en nog steeds.”

Ze bewaren goede herinneringen Café Américain. “Op dat terras, geloof ik, had ik afgesproken met een paar vrienden”, vertelt Pim. “En daar zat ze, met vriendinnen. Kennis gemaakt, heel netjes, zoals dat gewoon was in die tijd.” Op de vraag of het liefde op het eerste gezicht was antwoordt Ate met ietwat ondeugende ogen: “Nou, ik moest eerlijk gezegd in ’t begin niet zoveel van ‘m hebben…” En Pim dikt nog eens lekker aan: “’k Heb vijf jaar achter d’r angelopen!” Het gaat allemaal met kwinkslagen en pretoogjes, tussen die twee. “Jaaa, we zijn behoorlijk aan elkaar gewaagd”, vat Ate het samen.

Ate is opgeleid als medisch analiste, en bekwaamde zich ook in het makelaardij-gerelateerde werkveld: hypotheken, assurantiën, financieel advies, etc. In dat spectrum was Pim ook werkzaam, en het bracht hen, met hun drie kinderen, achtereenvolgens van Amstelveen via Ermelo en Speuld naar Laren. Op de Veluwe hebben ze lange tijd hun beider passie kunnen botvieren: paardrijden. “We hebben 40 jaar samen paardgereden, en Ate rijdt nog steeds”, blikt Pim terug. “en dat is niet niks, als je 81 bent!” Zelf houdt hij het bij wandelen met de hond, “want ik ben bijna 90, en dan is wat rustiger aan doen inmiddels wel aan te raden.”

‘Ate’ is de afkorting van ‘Beate’. Ze is van Duits-Joodse afkomst, een oorlogskind met een onderduikverleden, en ze zit vol met verhalen daarover. “Veel van mijn eigen herinnering is wel vervaagd, ik was per slot een kleuter, toen. Veel heb ik ook van horen zeggen uit de familie, of wat daar nog van over is… Toch komt er met de jaren ook veel weer boven, en ik slinger wat heen en weer tussen ‘ik wil het opschrijven’ en ‘ik laat het maar rusten’.” Ze glimlacht. “Er is al zóveel over gezegd en geschreven.” En dan berustend: “We hebben hier in Zeewolde een prachtig huis, we genieten van onze drie kleinkinderen, ik heb m’n paard en m’n bridge-vrienden, we wandelen met de hond… Het is goed, zo.”