Afbeelding
Foto: Zeewolde Actueel

Gert-Jan Ransijn (JA21) wil niet dat provincie ‘uitvoerende club voor het Rijk’ wordt

· leestijd 3 minuten Politiek

ZEEWOLDE – Gert-Jan Ransijn was bij de verkiezingen voor de Flevolandse Provinciale Staten in 2019 lijsttrekker van Forum voor Democratie. Al snel maakte hij met het grootste deel van de fractie de overstap naar JA21. 

Na vier jaar vindt Ransijn dat zijn ‘sociale dienstplicht’ er ook weer opzit. “Voor mij was het geven wat ik geven kon, er heel serieus mee bezig zijn en straks weer verdergaan met het maatschappelijke leven wat ik voorheen had”, vertelde hij dinsdagavond 21 februari in het programma Zeewolde Kiest van de Lokale Omroep Zeewolde. 

Stevige basis

Forum voor Democratie behaalde in 2019 acht zetels bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten in Flevoland en werd daarmee meteen de grootste fractie. Het zijn sterke benen die de weelde kunnen dragen en dat gold ook voor de partij van Thierry Baudet. Eén FvD’er bleek niet eens in Flevoland te wonen. Daar begon vier jaar geleden het geharrewar mee. Door wat er landelijk nog meer gebeurde, gingen ook in Flevoland veel FvD-fractieleden zich achter de oren krabben. Gevolg was dat Gert-Jan Ransijn en vijf fractiegenoten de overstap naar JA21 maakten. 

De Zeewoldenaar keek dinsdagavond terug op de ‘achtbaan’ van vier jaar geleden en waar dat vervolgens toe leidde. “Forum was in 2019 de grootste partij van Nederland, ook in de provincie. Dat hadden we toch maar even bereikt”, stak de Zeewoldenaar van wal. Ransijn weet ook wel hoe dat kwam. “Dat was vanwege de mensen die op de lijst stonden. Ondernemers, onderwijzers en heel veel andere verstandige mensen waren gevraagd of ze actief wilden worden voor de partij. Er kwam een zwaar traject aan te pas om een groep te selecteren. Daarom was dat gedeelte van de partij ook zo stabiel. Helaas gold dat niet voor de top van de partij, want die was zelf niet bij de screening meegenomen. Veel van de FvD’ers uit 2019 leveren nog steeds goed werk onder de vlag van JA21. In Flevoland zijn we met z’n zessen in de Staten.”

Ruimte is van iemand

De coalitie in Flevoland die samen de Gedeputeerde Staten vormen, bestaat uit liefst zes partijen: VVD, GroenLinks, CDA, PvdA, ChristenUnie en D66. FvD kreeg het in 2019 niet voor elkaar andere partijen mee te krijgen voor een meerderheid. De partij belandde in de oppositie, hetgeen bij JA21 werd gecontinueerd. Het is te horen als Ransijn over de provincie praat. De JA21-fractievoorzitter vindt bijvoorbeeld dat de praktijk veel te wensen over laat. “De provincie heeft veel belangrijke taken op het gebied van ruimtelijke ordening en het verstrekken van vergunningen. Men is er echter in de eerste plaats bezig als een uitvoerende club voor het Rijk. Dat geldt voor zowel ambtenaren als politici. Momenteel heeft men de mond vol over de deal die er is met minister Hugo de Jonge over de 100.000 woningen die er in de polder moeten komen. Dan zegt men dat er hier ruimte is. Alsof het hier een soort wildwest is met allemaal niemandsland. De ruimte is ook hier van iemand. Wil je ruimte, dan moet je die van iemand afpakken. Zie het datacenter, zie de superkazerne. Het is net alsof alles hier leeg is en men zit te smachten om iemand die het in komt vullen. De werkelijkheid is precies het omgekeerde.”

Het nieuwe modern

Ransijn noemt zijn JA21 een ‘conservatief-liberale’ partij. “Nederlanders willen vrij zijn, vrij zijn om te gaan en staan waar ze willen, een eigen auto hebben, vrij zijn om een opleiding te kiezen en vrij zijn om hun verdiende geld zelf te besteden waaraan ze dan willen. Dat is onze basis.” 

Voor de Zeewolder ingenieur staat zijn partij voor ‘het nieuwe modern’. “Links staat voor de oude gedachte en is sleets, links is wat niet werkt. Wat wel werkt is teruggaan naar het vrije marktdenken, waarbij mensen eigen verantwoordelijkheid nemen en niet bij alles van de overheid afhankelijk zijn.” 

Standpunten van JA21 zijn onder meer ‘geen dwangwet, maar asielstop’ (‘opvang behoort in de regio te gebeuren’), ‘geen windturbines, maar kernenergie’ (‘windmolens leveren maar 4 procent van onze energie en kernafval is geen fractie van dat van kolencentrales’) en ‘geen stikstofwurggreep’ (‘we gaan toch niet al onze prachtige akkerbouwbedrijven saneren, we worden het slachtoffer van een fictief probleem’). 

Ransijn kan er heel helder over vertellen en staat er ook helemaal achter, na 15 maart mogen anderen het stokje van hem overnemen. “Toen ik in Amsterdam studeerde waren er al een paar jonge mensen die de politiek in wilden. Twee hebben dat daadwerkelijk gedaan en zijn de slippen gaan dragen van bestaande politici. Via die weg zijn ze omhoog gekropen. Dat veroorzaakt die hele ons kent ons-situatie. Men houdt van mensen die op elkaar lijken. Die dezelfde taal spreken, maar dat is al lang niet meer de taal van de burger. Dan wordt er gezegd dat de burger z’n rug naar de politiek gekeerd heeft. Nee, het is net andersom: de politiek heeft z’n rug naar de burger gekeerd. Daarom vind ik dat er nieuwe mensen nodig zijn.”